Skip to content
Pionieren in de marge
Het is inmiddels bekend: de Nederlandse autorecyclingketen behaalt bijzondere prestaties. Hoe gaat het er eigenlijk aan toe in andere landen? De redactie van Green Light […]
Car wreck on the beach of El Cabo De La Vela

Het is inmiddels bekend: de Nederlandse autorecyclingketen behaalt bijzondere prestaties. Hoe gaat het er eigenlijk aan toe in andere landen? De redactie van Green Light gaat op onderzoek uit en is ditmaal in Colombia.

Tekst Jens Holierhoek

Een maanlandschap, zo kun je de wegen in de Colombiaanse hoofdstad Bogotá het best omschrijven. Maar liefst 15.000 kilometer telt het hoofdstedelijke wegennet en daarvan bestempelt de overheid 5.000 kilometer als slecht. Zo’n 120.000 gaten tellen die erbarmelijke stroken samen; van kleine putjes tot complete kraters. Wie even indut heeft kans met lekke band of gebroken as te stranden. Eén ‘voordeel’: echt hard zul je een put in de weg waarschijnlijk niet raken. Bogotá gaat immers bijna altijd geteisterd onder trancones: files. Niet heel gek ook, in de metropool wonen dik acht miljoen mensen.

Pico y placa

Eeuwige drukte of niet, Colombianen adoreren hun auto. Voetje voor voetje door de stad kruipen, is altijd nog comfortabeler en veiliger dan het alternatief: de propvolle busdienst TransMilenio. En fietsen? Dat bewaar je voor het weekend of als een auto te duur voor je is. De groep die wel een auto kan betalen, heeft in de stad te maken met de filereductieregeling pico y placa.Vanwege de drukte kun je alleen om de dag in de spits met jouw kenteken rijden. Op papier een goed systeem, in de praktijk wordt het omzeild door taxigebruik en de aanschaf van een extra auto; een auto voor de maandag, woensdag en vrijdag, en de ander met een kenteken voor de overige dagen. Want een Colombiaan krijg je z’n auto niet uit.

Commercieel recyclen

Toch eindigt ook in Colombia op een gegeven moment het leven van de heilige koe. En wat gebeurt er dan? Omdat geen enkele local iets weet – een teken aan de wand – begint de speurtocht naar de Colombiaanse autorecyclingindustrie online. De naam van CESVI duikt al snel op. CESVI is kort voor Centro de experimentación y seguridad vial,vrij vertaald: onderzoekcentrum voor verkeersveiligheid. Klinkt als een overheidsorganisatie, maar is dat niet. CESVI is namelijk een Spaans concern met centra in Frankrijk, China, Mexico, Brazilië, Argentinië en dus Colombia. Het voornaamste doel van de CESVI-centra: ‘onderzoek uitvoeren ter verbetering van de repareerbaarheid van voertuigen’. Een belletje naar CESVI Repuestos Colombia, de tak die zich met autorecycling en onderdelenhandel bezighoudt, brengt ons in contact met Mauricio Ruiz Correa, de algemeen manager.

Terughoudende overheid

CESVI blijkt sinds 2010 gevestigd te zijn net buiten de hoofdstad Bogotá en is de enige organisatie in het land die op een professionele en milieubewuste wijze aan autorecycling doet. Eén Colombiaans filiaal kent het concern officieel, al is in de buurt van miljoenenstad Medellin nog een gelieerd autorecyclingbedrijf te vinden. Dat wordt gerund door een van de oprichters van CESVI Bogotá. De twee centra samen hebben in potentie een enorme markt in handen. Het Colombiaanse wagenpark telt zo’n 4,7 miljoen personenauto’s, overigens op een totaalaantal van 50 miljoen inwoners. Toch recyclet het CESVI-centrum in Bogotá hooguit 30 auto’s per maand. Mauricio Ruiz Correa benadrukt dat CESVI als commercieel bedrijf een pioniersrol vervult in Colombia: “De overheid heeft amper regels opgesteld rondom het recyclen van personenauto’s en doet zelf niets aan recycling. Sterker nog: de auto’s die ze zelf van de straat haalt bij ernstige verkeersovertredingen of politieacties staan te verroesten op de schroothoop. En van subsidie voor recyclingbedrijven is ook geen sprake.”

“Lucratief is de Colombiaanse autorecyclingbusiness niet te noemen”

CESVI moet dus z’n eigen boontjes doppen. En dat houdt niet over. Elke auto die het bedrijf inneemt om te recyclen kost zo’n 2,5 tot 3 miljoen peso’s; omgerekend zo’n 750 tot 900 euro. Daar staan natuurlijk nog wel opbrengsten tegenover uit de onderdelenhandel, maar lucratief is de business niet te noemen. Ruiz Correa: “CESVI vindt het een maatschappelijke taak dat auto’s gerecycled worden en wel op een milieuvriendelijke manier.”

Bestaansrecht

Als er geen overheidssteun is en amper winstgevendheid, hoe kan CESVI dan bestaan? Ruiz Correa wijst erop dat de initiatiefnemers achter CESVI negen verschillende verzekeringsmaatschappijen zijn die een samenwerkingsverband hebben gesloten. Die negen partijen samen zijn goed voor 89 procent van alle allrisk verzekerde voertuigen in Colombia. Als een bij hen verzekerde auto bij een verkeersongeluk betrokken raakt – en niet meer opgelapt kan worden – komt CESVI Repuestos in het spel. Zo’n ‘total loss’ komt in Colombia overigens niet zo heel vaak voor. Volgens Ruiz Correa wordt maar liefst 95 procent van de schadeauto’s in Colombia weer hersteld, slechts 5 procent komt in aanmerking voor een gang naar CESVI. CESVI doet niets met auto’s die gewoon door ouderdom zijn afgeschreven. Die komen, met geluk, in de alternatieve onderdelenhandel terecht.

Onderdelenhandel

Eenmaal bij CESVI is een auto in goede handen. Eerst tappen ze de vloeistoffen af die zeer milieuvervuilend zijn, zoals de motorolie, de accuzuren, koelvloeistoffen en de laatste restjes brandstof. Vervolgens verwijderen ze de onderdelen die niet meer functioneren, maar wel gebruikt kunnen worden door andere industrieën, denk aan plastics. Daarna volgt de demontage van de onderdelen die nog wel bruikbaar zijn. Van ruiten tot portieren of complete motoren; die gaan een tweede leven tegemoet in de onderdelenhandel. Ruiz Correa: “Zo’n 30 tot 35 procent van de auto hergebruiken wij. Voorwaarde is dat de auto in relatief goede conditie binnenkomt. We hebben het hier immers over zwaargehavende bolides.” Onderdelen met veiligheidsrisico’s komen niet in de handel terecht. “In ogenschijnlijk goede staat of niet, we verkopen nooit airbags door.”

Toekomstvisie

Met de genoemde aantallen van hooguit 30 gerecyclede auto’s per maand is CESVI allesbehalve een grote jongen. Als je ervan uitgaat dat de evenknie van CESVI in Medellin eenzelfde aantal auto’s verwerkt, kun je stellen dat er in Colombia op jaarbasis hooguit zo’n 700 auto’s netjes worden gerecycled. De rest komt op de schroothoop terecht of in het circuit van snelle onderdelenhandelaren. Die plukken de waardevolle onderdelen uit een wrak en laten de rest links liggen. Een trieste constatering.

“In Colombia worden op jaarbasis hooguit zo’n 700 auto’s netjes gerecycled. De rest komt op de schroothoop terecht of in het circuit van snelle onderdelenhandelaren”

Gevraagd naar de toekomst van autorecycling in Colombia is CESVI eerder realistisch dan hoopvol. Aan het uitbreiden van de activiteiten denkt het niet. Daarvoor zijn de investeringen te groot en de opbrengsten te laag. Wel blijft CESVI inzetten op meer samenwerking met de overheid. “We sturen aan op wetten en regels rondom autorecycling en de onderdelenhandel”, aldus Ruiz Correa. En CESVI wil als rolmodel opereren. “Om te laten zien dat we ook in Colombia de autodemontage duurzaam kunnen inrichten. Al is het duur en hebben we concurrentie van de straathandel, die niet tegen hoge kosten aanloopt.” Wat zou het mooi zijn als autorijdend Colombia milieuvriendelijke autorecycling omarmt. Zodat haar zo geliefde auto ook na z’n leven de beste rustplaats krijgt.

Deel dit bericht op je kanalen

Nieuwsbrief

Wilt u op de hoogte gehouden worden?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.